Interview met Carin de Moet
Het interview met Carin bestond uit twee gesprekken. Het eerste om erin te komen: weer te weten hoe het was, antwoorden op onverwachte vragen te vinden, weer rond te kijken op de Molenkamp. Het tweede gesprek om er eens goed voor te gaan zitten om nog details te bespreken en met enthousiasme te vertellen over “toen”. Beide gesprekken zijn gezellig, vinden plaats in de voedselbank aan de Molenkamp en worden steeds onderbroken door collega’s die binnenkomen en Carin komen begroeten.
Geboren in ‘s Hertogenbosch, opgegroeid in Zeeland, gesetteld in de Bilt
Carin is in 1954 in ‘s Hertogenbosch geboren in een gezin met vier dochters. Al snel vertrok het gezin naar Goes om daar het bedrijf van haar oma over te nemen. Carin is getrouwd en heeft drie kinderen. Door het werk van haar man kwam ze in de Bilt wonen, waar ze zich vestigde als Oefentherapeut Mensendieck. Maar Zeeland is altijd “thuis” gebleven.
De advertentie “voor 4 uur per week”
Carin las in een Biltse krant een advertentie waarin medewerkers voor een voedselbank werden gevraagd. Ze solliciteerde, had een gesprek met het echtpaar Marie-José en Willem de Groot van Voedselbank Zeist en werd aangenomen. De tijdsbesteding zou ongeveer vier uur per week zijn. In 2010 gestart als uitgiftepunt van Voedselbank Zeist voor afnemers uit de gemeente de Bilt, vervolgens in 2011 – door toename van het aantal Biltse afnemers – verder gegaan als zelfstandige voedselbank. Die 4 uren uit de advertentie werden er al gauw 20, en soms meer, want “je doet wat nodig is”.
Coördinatoren
Carin de Moet en Jacq Berk zijn de eerste coördinatoren van Voedselbank de Bilt. Jacq is nog steeds een van de coördinatoren. Carin was dat in de periode 2010 – 2015.
Aan de slag
In de begintijd was het Sociaal Warenhuis, dat ter beschikking werd en wordt gesteld door Woonstichting SSW, een kale betonnen boel. Het moest nog aangekleed worden. Omdat er geen budget was, moest er overal gepraat worden om benodigde spullen te krijgen en later ook voedsel. De klussen werden zelf gedaan en materialen gedoneerd door plaatselijke ondernemers. Vaak kwamen de partners van de vrijwilligers helpen.
Informatie geven, altijd en overal
De coördinatoren gingen overal praten met mensen van organisaties waarvan ze hoopten dat die het voedselbankwerk zouden ondersteunen, van ouderlingen in de kerk, naar scholen tot winkeliers in het dorp.
Fruit plukken
Carin vertelt dat er in de begintijd weleens telefoontjes kwamen dat er fruit geplukt kon worden, bijvoorbeeld in een boomgaard aan de Voordorpsedijk en in Wijk bij Duurstede. De vrijwilligers gingen dan plukken. Zo werd er o.a. met “de vader van Voedselbank Zeist”, Graas Teuben, in Wijk bij Duurstede geplukt. De oogst verdeelden ze over beide voedselbanken.
Mevrouw Cááárin!!
Onlangs liep ze in het dorp en werd er “Mevrouw Cáááárin!!” naar haar geroepen en enthousiast naar haar gezwaaid. Een afnemer van het eerste uur was blij haar te zien.
Fotoclub
De foto’s aan de muur in de Molenkamp herinneren haar eraan hoe ze de Biltse Fotoclub vroeg te exposeren om de voedselbank een beetje op te fleuren. De fotografen van de fotoclub maakten foto’s van spreekwoorden met voedsel. Nog steeds hangen er foto’s van de fotoclub in de voedselbank, ze worden regelmatig gewisseld.
Gedreven mensen: Nico
De meeste mensen die bij een voedselbank werken zijn zeer gemotiveerd. Dat moet ook wel, want beloning in de vorm van geld is er niet. De voldoening moet uit het werk komen. Zo noemt Carin Nico. Ook Nico is iemand van het eerste uur. Hij was werkzaam bij Voedselbank Zeist, hij had een computerprogramma gemaakt voor de voedselbankadministratie. Ook wij mochten dat programma gaan gebruiken en werken er nog steeds mee. Op gezette tijden hebben Jacq en Nico overleg en worden er aanpassingen gedaan.
“Winkeltje spelen”
Op de vraag aan Carin wat het voedselbankwerk voor haar zo boeiend maakte, antwoordt ze dat ze “winkeltje spelen” altijd zo leuk vond en het voedselbankwerk deed haar daaraan denken. Bovendien vindt ze het boeiend met mensen om te gaan, zeker met die diversiteit aan mensen in een voedselbank.
Respect voor mensen die in armoede leven
Ze is er in de loop van de jaren van doordrongen “dit kan mij ook overkomen”. Ze heeft respect voor mensen die om moeten gaan met armoede. Over het algemeen gaan ze niet bij de pakken neerzitten en proberen ze eruit te komen. Tijdens de uitgifte werd er veel gepraat. Ze nam tijd voor de mensen.
Mooi afscheid
In 2015 heeft ze afscheid genomen. Chauffeurs hadden een geweldige troon voor haar gemaakt, en er waren veel dierbare collega’s, het was een mooi feest. Ze heeft ervan genoten.
Hoe kijk je terug op je voedselbankjaren?
Het is een hele positieve ervaring geweest, zegt ze. Het werken in een groep vond ze fijn, er werden vaak grapjes gemaakt. Het gaf haar blijdschap als een afnemer vrolijk de deur uit ging. Het was bijzonder al die mensen te begeleiden en met ze mee te leven, en wat positiviteit te brengen.